|
VRIJDAG.
AVOND? Leuke en lekkere whiskyweek geweest. En het is dus nog niet gedaan. Zondag is er nog het Infinity II Festival bij Single Malt Whisky Shop te Zammel en nu dus eerst de tasting van Whisky Mercenary Jurgen Vromans in Turnhout.Op tijd vertrokken zodat we nog even kunnen chillen met een drankje (“Garçon, wijntje, Westmalle tripel en duveltje aub”.)De tasters stromen
binnen en op het aangeduide tijdstip trekken we naar het zaaltje waar
alles al klaar staat.
|
MILTONDUFF
19Y 51,2%
THE NECTAR OF THE DAILY DRAM
In 1995 gedistilleerd
en dit jaar gebotteld. Jurgen vertelt op zijn eigen rustgevende manier
over de distilleerderij die met z’n productie van 5,5 miljoen liter
alcohol een typisch werkpaard is voor de blends van Chivas Brothers
(Pernod Ricard). Niet zoveel bereikt de markt als single malt en wordt dan
soms nog onderschat door potentiële kopers. Deze is bij mij gesuikerd en
floraal in de neus. Paarse seringen. Anderen vinden hem eerder fruitig met
vanille. Tot in de afdronk notig en heel wat peper. Als er onder
toevoeging van water meer specerijen aan de oppervlakte komen, dan is het
een first fill bourbon cask, zegt Jurgen. We nemen dat mee.
|
|
De tweede whisky is
eveneens dit jaar gebotteld en dat is dus zowat het thema vanavond,
gebotteld in 2014.
BUNNAHABHAIN
2003 11Y 59,1%
SIGNATORY
Selected for the
Belgian Connection by Andrew Symington staat er op de fles. Een deel van
die “Belgian Connection”, hier aanwezig in de zaal, bevestigt echter
dat het vat wel degelijk geselecteerd is door Belgen, tijdens hun bezoek
aan de warehouses van Edradour Distillery, home of Signatory. Het etiket
op de fles is dus “een dichterlijke vrijheid” van Andrew. Boter en
room in de neus, die later evolueert naar zachte karamel fudge. Heel
zuiver allemaal. De smaak gaat dankzij z’n 59,1 fris open. Met een
alcoholprikkel op ’t einde. Marsepein blijft achter. Blij dat ik nog
eens van mijn “gesloten fles thuis in de kast” kon proeven. Goed
koopje gedaan!
|
Iedereen die mee is,
weet dat er momenteel heel wat beweging zit in het whiskywereldje. Zo
ook in Turnhout. Jurgen gaat bovenop z’n zeer geapprecieerde eigen
label in de toekomst ook “Liquid Treasures” verdelen, afkomstig van
een Duitse bottelaar uit de directe omgeving van de “Whisky Fair”
Limburg (Duitsland). We proeven vandaag een eerste fles.
|
GLEN
KIETH 22Y (1992)
50,7% LQUID TREASURES
Er wordt direct
gerefereerd naar bubblegum. In de eerste neus is het voor mij “Spear
Mint”. In de smaak krijgt de “roze” bubblegum de overhand, met de
bijhorende fruitigheid. Witte munt bleef wel in alle fasen aanwezig en
kreeg in de afdronk terug de overhand. En het is wel een Glen Kieth hé!
Eentje uit het laboratorium van Chivas. Recentelijk terug in
“gewone” productie genomen, maar in het verleden werd er daar
duchtig op los geëxperimenteerd. Verschillende gistsoorten,
verschillende peating levels van de gerst en zelfs geturfd water uit
Stornoway om op een bepaald punt in de productiecyclus toe te
voegen. Soms rijst het vermoeden dat ze zelf niet goed meer weten wat ze
gedaan hebben. Dit alles terzijde is de interesse voor “Liquid
Treasures” toch gewekt!
|
|
Toeval? Net als 100°PROOF en Full Dram is de Molse whiskyclub Cask Six zo’n 10 jaar geleden opgericht. Jurgen was mede een van de oprichters en is zelfs een tijdje voorzitter geweest van dit Molse gezelschap.Om hun decade te vieren hadden ze hem dan ook om een festivalesk bottelingske gevraagd. Het is de volgende geworden:CLYNELISH
1997 – 2014 50,9%
|
De eerder genoemde
Whisky Fair, HET whiskyfestival uit het Duitse Limburg, meestal begin
april, komt terug aan bod. Navraag leert dat ze meerdere bottelingen per
jaar uit brengen, maar deze is er eentje van 2014:
IRELAND
22Y 49,2%
THE WHISKY FAIR
Insiders beweren dat
dit een Bushmills is. Ik denk dat het kan. Daarstraks nog 22 en 24
jarige Ieren geproefd waarvan stiekem beweerd wordt dat het om Jameson
zou gaan. Die distilleerderij in Dublin is echter al gestopt met
distilleren van in 1975. De productie is toen overgeheveld naar
Middleton in Cork. Dit verhaal zal in de nabije toekomst nog wel een
eigen leventje gaan leiden. Deze is dus een Bushmills, laten we dat
afspreken ja! “Couperdons”, zegt er iemand. Ik vind vooral zoethout
in de neus. Jurgen spreekt van mango en passievrucht. Taxus? Het zit er
allemaal in. Het exotisch fruit in combinatie met het zoethout doet me
toch een beetje overrijp aan, zeker in de lange afdronk. Deze trekt niet
weg naar grapefruit. De neus wordt zuiverder. Rook? Jurgen vertelt dat
er volgens hem ook geturfde Bushmills bestaat. Hij zegt wel dat
eventuele rook ook van het “charred” vat kan komen. Voor lichte
Ierse spirit is 22 jaar rijping trouwens niet niks. (Later gaan we nog
eens terug naar dit glas en vinden wine
gums in de neus!)
|
De laatste voor de
soep is een Ardbeg. Gebotteld voor Jurgen’s Whiskyhuis in Zottegem.
Een split cask zoals men
placht te zeggen. Een gedeelte voor Jurgen en een gedeelte voor iemand
op de Aziatische markt wordt vermoed.
ARDBEG
20Y 57,1%
SHERRY HOGSHEAD
Gedistilleerd in 1993, dus voor het GlenmorangiePLC tijdperk. Scherpe rook in de neus. Chocolade. Waarschijnlijk al een opvolger van Golden Promise gerst. De chocolade en noten komen waarschijnlijk van het sherry- vat. Als je hem wat tijd geeft wordt hij super. Fudge en scherpe rook. Effe slikken als we horen dat Serge Valentin hem een score geeft van maar liefst 93 punten. Die lopen niet dik! Dit is dus een potentiële klassieker. In de toekomst zullen verschillende mensen zeggen: “Ja, ik heb hem gedronken. Het was op een vrijdag. In Turnhout.
|