TERUG

 

VERSLAG: GUNTER (Lidnr.01)

 

 

 

CLOSURE (afsluiten)

Woensdagnamiddag kwam dan het telefoontje. “Het gaat door morgen!” De geplande supertasting van TastToe bleek uiteindelijk meer dan volzet en dat was een opsteker voor Angelo. Een gewaagde line up met bijhorend prijskaartje is toch altijd een beetje bang afwachten, denk ik. Whisky is razend populair in onze contreien, maar tot welke lengte hé.

 

 

 

Donderdag 24 april pik ik Jan Vissers op, mede-ingeschrevene, om samen naar Kampenhout te rijden. Carpoolen om de kosten te drukken. Grijns.

Wij waren dus op tijd, wat niet van NV Le Anderen kan gezegd worden. Ook aanwezig was Mario Groteklaes, die de whiskies aan elkaar ging praten. Uit goede bron heb ik vernomen dat er geld bovenop de inschrijvingsprijs, geboden was, moest dit niet zo zijn  ; ) Graptje.

De kennis en ervaring die hiermee ter onzere beschikking stond was immers onbetaalbaar en onvervangbaar. Ik kan me zo direct niemand inbeelden die anders vooraan zou kunnen staan.

Jan@Tasttoe

 

 

 

 

En het startschot werd gegeven. Gezien de line up werd er vanuit gegaan dat het niet nodig was om het productieproces en dergelijke nog eens uit te leggen, maar vragen waren meer dan welkom. Nochtans merkte de persoon links van mij op dat dit z’n eerste whiskytasting was. Spontaan begon ik te applaudiseren. Met een traan in het oog dacht ik dat het voor hem dan een soort overgangsritueel moest zijn. Z’n Bar Mitswa als het ware.

 

 

 

 

 

GLEN CRAIG 1976 35Y  43.7% ARTIST EDITION FOR LMDW

“For La Maison Du Whisky” is blijkbaar geen toeval. The Artist Edition is een range van Signatory, special samen gesteld voor en door LMDW. Toen Signatory startte als onafhankelijke bottelaar, was dit in nauwe samenwerking met La Maison. Zij ontwierpen de flessen en het design voor de “Unfiltered” en de “Signatory Vintage” reeksen, met de nodige promotie. Safe to say dat het een enorme ruggesteun was bij de opstart van onafhankelijke bottelaar Signatory, ondertussen eigenaar van +/-10.000 vaten van een zeventigtal verschillende distilleerderijen, en vandaar als dank deze ARTIST reeks for LMDW. Glen Craig dus. Fijn, oud. Gestoofd fruit. “Uitgewerkte” vanille. De smaak is intenser, heel veel noten in het midden, dan verwacht. Fruit blijft er boven hangen. Eucalyptus, munt, van de bourbonrijping, volgens Mario. Verrassend complexe dram. Mario vroeg zelfs een staaltje om mee naar huis te nemen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ondanks ik de persoon links van mij al diets gemaakt had dat een bottle cap van een waterfles best voldoet om water bij je whisky te doseren, wenste hij toch een pipetje. Mario vertelt eveneens dat hij best de bottle cap kon gebruiken, maar er werd een pipet geëist. Laat het er ons op houden dat je het woordje “pipet” op een bepaald moment in de discussie kon vervangen door “rendierhoedje” en je hebt een idee.

 

 

Ugly Betty @ Bruichladdich Distillery

 

De distilleerderij waar hij van komt is de Glenburgie distilleerderij. In 1958 werd daar een Lomond still geïnstalleerd om via de instelbare platen in de opbouw van de still, verschillende single malts te kunnen produceren. Volgens Mario was de hoek van de Lyne arm ook nog eens instelbaar en dit alles om de hoeveelheid reflux te regelen. Op deze manier regel je de body en zuiverheid van je uiteindelijke spirit, lees whisky. Deze kreeg de naam van de toenmalige manager, Dhr. Craig, mee. Het concept Lomond stills werd na een tijdje, bij Glenburgie in 1981, opgegeven vanwege het vele onderhoud dat nodig was om de platen steeds opnieuw van resedu te ontdoen. Bij Bruichladdich is er nog eentje in gebruik, de Ugly Betty, voor het distilleren van The Botanist Gin en bij Scapa op Orkney wordt er eentje gebruikt als wash still. Bij deze laatste zijn de platen wel verwijderd.

Ugly Betty @ Bruichladdich Distillery

Lomond Still @ Scapa Distillery

 

 

 

 

 

 

BANFF 1975 38Y  49.4% DUNCAN TAYLOR TANTALUS

Mario vertelt: Tantalus was de zoon van Zeus en Pluto. Op een dag nodigde Zeus Tantalus uit voor “Komen eten!” bij de goden. Tantalus vertelde echter aan anderen verder wat Zeus aan tafel gezegd had en dat mocht niet. Wat gebeurd aan tafel, blijft aan tafel en zo ... . Als klap op de vuurpijl stal hij ook nog nectar en ambrozijn uit de keuken. Dat laatste had je nodig om “onsterfelijkheid” te maken. “Leuk voor m’n vrienden”, moet hij gedacht hebben. Toen het zijn beurt was om te koken, dacht hij Zeus en de goden nog een poets te bakken ook, samen met z’n zoon Pelops. Enkel Demeter heeft er een stukje van gegeten, van Pelops dus, maar ze had als excuus dat ze wat in de war was omdat haar dochter pas ontvoerd was. Zeus was not amused en verbande Tantelus uit de keuken. Meer specifiek naar de onderwereld, tot z’n kin in ’t water en het fruit van de bomen tot op z’n kop. Dat het water in de grond zakte als hij dorst had en de wind het fruit weg blies als hij wilde bijten zal wel even erg geweest zijn als dat rotsblok dat maar net niet wilde vallen om ‘m uit z’n lijden te verlossen. Pas op: ’t was niet voor effkes hé, maar voor eeuwig ...

... “en dit is dus een Banff!??!”

En we konden verder met de whisky! “Gelukkig dat je Mario onderbrak, want dat bleef maar duren”, zei m’n linkerbuurman.

 

 

De neus doet denken aan harde kandij. Iets donkerder dan gewoonlijk, deze Banff. Ook iets ouder dan gewoonlijk. Hout en alcohol. Iets metaligs of mineraal. “Natte kassei” zegt Mario. Vlierbloesem. Iets vegetaler in de afdronk. Door de zon verhit stro. De namen Cadenhead’s en Small Batch vallen hier als tegenpool.

 

Mario verteld dat Banff een klein dorpje aan de oostkust van Schotland is, waar na het vallen van de avond niets te beleven valt. Mtja, klein dorpje? En plezier moet je zelf maken natuurlijk ... (oke, oke, rekening houdend met de wetgever natuurlijk).

Banff House

 

 

 

 

 

 

 

 

CAPERDONICH 1972 40Y  48% DUNCAN TAYLOR TANTALUS

Nog eentje die het niet gehaald heeft. Ooit werkende voor Chivas Brothers, nu demolished. Eentje uit het magische jaar 1972, zegt Mario. Waarom? Omdat dat een van de weinige jaargangen is waar je iets van vindt natuurlijk. Pampelmoes in een zuivere neus. Hard ananassnoepje. In de afdronk gesuikerde ananas. Zuiver, zuiver, zuiver. Ettelijke jaren geleden waren we mensen nog aan ’t waarschuwen dat deze distilleerderij de potentie had om de nieuwe Port Ellen te worden. Deze Caperdonich uit Speyside kostte 1265€ ... .

 

 

 

 

 

 

 

 

CONVALMORE 1977 36Y  58%

Een officiële botteling van Diageo. De distilleerderij is nog maar een lege huls en de warehouses worden gebruikt door die “van over den draad”, maar af en toe vind je nog een Convalmore in de rekken. Mario haalt aan dat het meestal niet zonder reden is dat een distilleerderij gesloten wordt en dat je die reden soms wel vindt in z’n whiskies. In deze botteling is dat nu net niet het geval. Eerst wat stoffig hout in de neus. Daarna hout met een hintje vanille met hout. Olieachtige structuur en aangenaam bitter. Niet te droog, beetje op de tong. Geef hem de verschuldigde tijd en je krijgt peperkoek! Beetje kruidig, richting cederhout. Geef hem nog wat tijd na die 36 jaar in het vat en je wordt beloond met gekarameliseerde vijgen. Een juweeltje.

 

 

 

 

 

 

 

 

HANYU 1985 23Y  58%

Ichiru’s Malt. Ichiro is de “erfgenaam” van de inmiddels afgebroken Hanyu distilleerderij. Hij kochte de resterende vaten op en bottelde ze onder andere als single casks in de ondertussen legendarische speelkaartenreeks. Ichiro Akuto bouwde ondertussen z’n eigen distilleerderij, Chichibu. De neus doet me denken aan een potlood: hout met een koolstof kern. Soyasaus. De smaak is vele intenser dan de neus doet vermoeden. Die gaat meer richting gebarbequed vlees, kompleet met marinade en rook. Onterechte vrees dat dit een “nakomertje” was van de nu nog resterende stocks.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

PORT ELLEN 1983 30Y  52% DUNCAN TAYLOR TA NTALUS

Heet, peat en 1839 €. Drop. Water met verbrande turf. Nu ik dit “schrijf” moet ik denken aan die bruine stroompjes op Islay, fris van temperatuur, maar de geur verzadigd van turf. De neus brengt me terug naar de ... “Waar ligt dat ergens, Port Ellen?” wordt er links van mij gevraagd. Moeilijk in te schatten of er aan m’n been getrokken wordt of niet. Ik speel het spelletje mee en vertel dat het een haven op Islay is en dat je met een beetje goede wil die haven ook in goede Port Ellen whisky ruikt. Geteerd touw en vage scheepsdiesel. Zilt, dat dan nog eens terugkomt in de afdronk, wat z’n maritieme karakter extra benadrukt. De smaak is altijd een verrassing en cruciaal. Hij kan fruitig (zoals bij deze), te fruitig, rokerig (zoals bij deze) of te rokerig zijn. Hij vond de haven niet ... .

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

M’n linkerbuurman en de “persoonlijke top 3” stemming op ’t einde maakten het me duidelijk: CLOSURE

Er kan een periode afgesloten worden in m’n whiskybestaan. Port Ellen. Wegens zeldzaamheid en prijs niet langer gegeerd bij de modale whiskyliefhebber, bij de nieuwe whiskykenner links van mij zelfs niet gekend en zelf al zoveel geproefd dat de “drang” ook weg is. Alleen daarom al was deze tasting voor mij de moeite: een schitterende afsluiter met een schitterende Port Ellen, die zelfs niet in de “persoonlijke top 3” van de groep zat. 

Orde in de chaos.

 

PS: net zoals m’n linkse buurman het recht heeft om voor de inkomprijs z’n gedacht te zeggen, waar of vals, heb ik dat ook. Toch?

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Port Ellen & Me

 

 

TERUG