Vrijdag 29 maart
Na het
fatsoeneringproces worden de laatste overschotten gebreakfast. Inpakken,
opruimen en laden der transportmiddelen. Het wordt routine en inmiddels
zijn we daar zeer bedreven in. Dat geeft ons ook wat extra tijd om op
weg naar de ferry een zijdelingse blik te werpen op de Port Ellen
maltings. Het weer is nog steeds stralend en de scherpste randjes zijn
er af, het is zelfs best aangenaam uit de wind en in de ochtendzon.
Even later
staan we aan te schuiven in de rij voor een ferry die er nog niet is.
Zou het dan toch…driewerf helaas maar daar komt de Calmac al aan
gestoomd en ook nu zit er geen verlengd verblijf in. Ik leef mee met
Dirki die sinds hij dat geluk mocht proeven verslaafd is geraakt aan het
“gestrand zijn”.
Het
manoeuvreren van zulk een gevaarte blijft toch indrukwekkend en dat
gadeslaan versterkt nog het eilandgevoel waar ik dan weer aan verslaafd
ben.
Onder een
zeer zonnige en stralend blauwe hemel schepen we in en zoeken ons een
plaatsje om de uitvaart van Islay ieder op zijn manier te ondergaan. Na
het zoveelste bezoek is dit een beetje afscheid nemen van een tijdelijke
schuilplaats.
In het
zuidoosten ligt Arran nog onder pakken sneeuw en iets ten westen daarvan
is ook Kintyre nog licht bedekt. De winter laat maar niet los.
Ik
verschuil mij achter een cup of coffee en een boek maar wordt
vriendelijk verzocht om op het zondige achterdek enige vloeibare
graanproducten te komen proeven. Ondertussen verdwijnen de contouren van
Islay en Jura in zee.
Onder
schetterende orgelmuziek ronden we Loch Fine op de weg terug naar
Glasgow. De rit zal enkel onderbroken worden door een kleine proeverij
annex plasstop en een bezoek aan Auchentoshan.
Haste
ye back
de weg draait en keert ogen sluiten achterwaarts dromen van het eiland dat niet loslaat draadloze navelstreng breng voedsel voor de ziel in de wegberm bloeit de eerste gaspeldoorn |