Vrijdag 18 mei

Het is morgenvroeg en ieders fysieke toestand valt gezien de omstandigheden behoorlijk mee. We hebben een uurtje voor een zeer uitgebreid ontbijt met producten vers van het land zoals dat heet. Ik hou het vandaag maar bij vegetarisch full.

Bij het buitengaan krijgen we ieder een mooie tas met daarin ons lunchpakket en dan weet iedereen dat het weer een drukke dag wordt. Tot afscheid schenkt de hoofdboer ons ieder nog een Glenfiddich T-shirt dat we met gepaste trots en waardigheid zullen dragen. Thank you sir!

Geheimzinnig glimlachend en zuurtjes aanbiedend stuurt Werner zijn Opelbusje toch wel terug naar de parking van Girvan Distillery zeker. De kapoen toch! Samen met zijn broer heeft hij de toegang geforceerd tot deze voor de consument onbereikbare plant. Veiligheid staat hier voorop. We worden eerst gebriefd over wat mag en vooral wat niet mag en worden daarna in de luxueuze vergaderzaal verwelkomd door één van de managers.

Na een presentatie met lichtdrukmalen(G.G.) Gaan we fabriek in, want dat is het wel. De hele tour lang lopen we met open mond van verbazing over de grootte van de installaties en de cijfers die daar aan vast hangen. Toch bemerken we hier tussen al die droge technische informatie nog de echte zorg voor het eindproduct die eigen is aan onafhankelijke distilleerderijen.

Hopelijk beseffen alle deelnemers aan dit uitzonderlijke bezoek ook hoe uitzonderlijk gedreven ons tweeslachtig hoofdbestuur met de zaken bezig is. Ook hoe groot hun reputatie in deze wereld wel is. Een welverdiende chapeau is hier van mijnentwege alvast op zijn plaats.

Door tijdsdruk moeten we echter verder en we verkennen meer van de Lowlands die evenveel natuurschoon te bieden hebben als de rest van Schotland. Niemand heeft ook maar het flauwste vermoeden waar deze reis ons nog zal leiden.

Op het middaguur zijn we in Bladnoch, aan de Bladnoch rivier waar verrassenderwijs een gelijknamige, kleine maar authentieke distilleerderij op ons wacht. We spreken onze knapzak aan, dag knapzak, en worden later door een jonge vrouwelijke gids die ons de gewone rimram in de maag splitst op sleeptouw genomen. Questions? No questions.

Dat verbetert wanneer eigenaar Raymond een kijkje komt nemen. Deze Noord-Ier wijkt op alle vlakken af van wat we gewoon zijn. Zijn humor is van de soort die we graag hebben en zijn frisse en ongecompliceerde kijk op het whisky gebeuren is voor ons een openbaring. Een geruststelling ook want zoals al eerder gemeld: Er roert entwat in whiskyland.

Hij bezorgt ons ook nog een uniek moment door ons uit te nodigen in de still, die gelukkig leeg is. We hebben het gevoel dat Raymond ons nog een hele dag kan entertainen maar het schema van de voorzitter is en blijft strak. Voortmaken is dan ook de boodschap en na een korte tasting en een blitzbezoek aan de winkel zijn we alweer op weg.

Eerst over kleine weggetjes door de groene valleien dan de grote weg op waar Stranraer staat aangegeven op verkeerborden die ons duidelijk maken dat ook van hieruit een ferry gaat. Terug naar Noord-Ierland. We zullen zien zei de blonde blinde!

En inderdaad P&O heeft één van zijn schepen uitgestuurd om ons op te halen. Na even wachten gaan eerst de vrachtwagens, en dat zijn er wat, aan boord. Dan is het onze beurt. De zee is kalm en wij ook en we vinden een plaats voor iedereen vlak bij de reddingsboot, de bar dus. Mijn ogen vallen toe en voor het eerst moet ik me even gewonnen geven. Al uiltje knappend is twee uur zo voorbij.

Het blijft bewolkt maar buiten Larne is er de Antrim Coastway die met zijn onvergetelijke vergezichten geen moment verveeld. Er zijn opvallend veel motos op de baan. Die zijn naar later zal blijken op weg naar Portrush voor de jaarlijkse, immens populaire roadraces.

In Carnlough blijken we flink op schema te zitten want aan de receptie van het Londonderry Arms hotel ontstaat enige paniek. Mooi kustplaatsje aan een baai met bijhorend haventje, een overblijfsel van die hier vroeger florerende mineralen ontginning op de berg achter het hotel. Dit hotel heeft weer een eigen karakter. Het blijkt nog eigendom geweest van ene W. Churchill van wie bij het grote publiek alleen zijn vastberaden optreden tijdens WO II bekend is. Over zijn haast misdadige ingrepen in de Dardanellen (Gallipoli) en voor mij persoonlijk nog erger met zijn Black and Tans, een zootje schorremorrie waarmee hij na WO I geen blijf wist en die hij dan maar moordend en plunderend Ierland instuurde om alsnog de Ierse onafhankelijkheid en halt toe te roepen, reppen de geschiedenisboeken maar met mondjesmaat. Het hele gebouw is volgestouwd met antiek en memorabilia van het vette varken, vergeef mij de uitdrukking.

Het hotel is ook een waar doolhof van gangen, trappen en deuren. Het duurt dan ook een tijdje voor iedereen op de juiste kamer is met de juiste daarbijhorende vriend voor de nacht.

Met een goed glas wordt het reisstof weggespoeld en na een meer dan voldoening gevend avondmaal volgt de onvermijdelijke afsluiter van de dag, ergens aan het water met een fles.

Leen en Jaco wensen een belangrijke mededeling te doen. Ze zijn bijna 25 jaar getrouwd en willen deze prestatie met een speciale fles èn met ons vieren. Onze monden vallen open van oprechte verbazing wanneer een Laphroiag 1974 wordt bovengetoverd. Waar hebben wij onwaardigen dit verdiend? Hoe noemt men een hoogtepunt wanneer een reis als deze uit haast niets anders bestaat?  

Het paar wordt hartelijk gelukgefeliciteerd door de voltallige bende. Ook het feit dat Jaco heel plichtsbewust en nu al voor de 3e keer het stuur van busje 2 hanteert is bij deze meer dan het vermelden waard.

De zee staat ruw te zijn en ook in ons binnenste stormt het door al deze op ons afkomende emoties. Meer kan een normaal mens niet aan en dus gaan we maar slapen.