TERUG

 

 

 

KLASSE!

En plots zit er dan een e-card van de “Friends of Laphroaig” in je mailbox. Een attente reminder dat je uitgenodigd bent voor “de moeder van alle whiskyclubs”: een hometasting! Pure klasse!

 

 

 

Ergens in een dorpje, op de rand van kempen en hageland, naast dat met een wereldberoemde wei, worden we op 12 juni om 19 uur verwacht. Wel voor de invasie van Werchter, dus verkeersproblemen verwachten we niet.

 

Het weer is schitterend zomers en eens aangekomen is al gauw duidelijk dat de tasting zijn aanvang zal nemen in de “vrije” natuur. Zalig.

 

 

Iedereen werd verzocht om een fles mee te brengen en eigen glazen.

 

Maar met zulk schitterend weer, schitterende lokatie en schitterend gezelschap ... wie telt dan hoeveel flessen hij juist meeneemt?

 

 

 

 

 

Na de kennismaking en het zetten van de sfeer wordt de eerste fles bovengehaald. De gastheer vertoeft vaak in het buitenland en op een van zijn trips in Frankrijk is hij volgende distilleerderij tegengekomen: GUILLON.

 

 

 

 

 

 

De fles die hij ons voorzet is 7 jaar oud en 46%. Er wordt wat gegrapt, maar laat u niet misleiden: we nemen onze whisky ernstig! De alcohol is latent aanwezig in de neus en roept gelijkenissen op met jenever. Ook velpon (lijm) in de neus. Verrassend zacht op de tong en warm in de keel. Mooi gerijpt op hout, maar schnapps komt toch over het randje meekijken. De gastvrouw serveert een hapje van “gemarineerde” zalm. De “marinade” is een Ierse blend van Cooley Distillery, door de gastheer zelf samengesteld! De combinatie doet ons vanille ontdekken in de Guillon.

 

 

 

 

Een niet meegetelde Fighting Cock wordt doorgegeven. Al was het maar om aan te tonen dat “life ain’t too short to drink bourbon”. Mandarijntjes, ook chocolade en spotgoedkoop!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Als mensen zich soms afvragen waarom Highland Park voor velen toch zo’n schitterende whisky is, dan volgt nu een van de redenen: HIGHLAND PARK 1990, 20 jaar en 40%. Niet verkrijgbaar in België, so what! Hier wordt hij ontkurkt! Het verhaal achter de fles doet ons wel een traantje wegpinken.

 Stiekem had de huidige eigenaar aan een “goede kennis” gevraagd om eens rond te kijken in de tax free shop van de aan te doene luchthaven in het buitenland. Het gevraagde was echter de “nieuwe” 1973 van Highland Park. Met de fles in de hand in de desbetreffende shop kreeg de “goede kennis” echter telefoon (gsm) van de echtgenote onzer collega drinkebroer. “Kan jij geen goede fles meebrengen ter ere van onze huwelijksverjaardag als verrassing voor mijn ventje?”. “Toevallig heb ik hier een 1973 ...”, maar wegens het grote prijsverschil werd er à la moment telefonisch geopteerd voor de 1990 Travel Retail Only. Snik! Liefde is hard! (De juiste gebruikte term was: “Ge ziet me nie gere ne mie!”)

 

Zout en turf in de neus. Meer turf dan verwacht! Daarna komt pas de gekende “appelsien”. Groene munt, eucalyptus in afdronk. Brandgeur. Smaak gaat over appelsien naar citrus en zout. Ananassiroop. Na een tijdje zijn we het er over eens: dit is een klassebak! Weer een huwelijk gered!

 

 

 

 

 

 

Het geserveerde hete pasteitje is zo lekker dat ik gepakt wordt op snelheid! Dit is de beste foto die ik kon nemen en die doet het gerechtje misschien geen recht, waarvoor mijn excuses.

 

Als tegenstaal wordt de Hjarta bovengehaald. Niet te verkrijgen in België, en dan! Dit is het restant van de fles die onze speurtocht naar de “Meest westerlijke distilleerderij in Schotland” heeft meegemaakt en heeft dus heel wat kilometers op de teller staan! 12 jaar oud en 58.1%. Hier wat meer rood fruit dan de 1990. Ook minder rook. Zout en “de alcohol stoort niet!”. Toch ook ananas. Creme brulee. Geen vragen meer, enkel schitterende whisky’s.

 

 

 

 

 

 

 

De gastvrouw verwent ons met Poires Tapées, een specialiteit uit de Loire –streek.

 Ovengedroogde en platgedrukte peer, hier afgedekt door een laagje foie gras. Is het woordje “klasse” hier al gevallen?

 

 

 

 

Stillaan wordt er overwogen om naar binnen te verhuizen. 

Een vlotte beweging later wordt er een Glengoyne van The Nectar of the Daily Drams ontkurkt.

 Eentje uit 1972, 37 jaar oud, en 52%.

Visceus in het glas. Beetje gesloten, tot iemand besluit er een druppeltje water aan toe te voegen ... WOW! Levend en actief. 

Een van de betere “oude” Glengoynes die ik recentelijk mogen proeven heb.

Het distilleerderijkarakter is helemaal aanwezig en het geheel is zo overweldigend dat ik me moet inhouden om niet spontaan een ticket te boeken voor een trip naar Dumgoyne. 

Dat zegt genoeg!

 

 

 

 

 

 

 

 

Tijdens de Banff van Douglas Laing, 36 jaar oud, gaan we nog verder universeel. Een couscousschotel met vlees in pikante saus zorgt er voor dat water met liters moet aangesleept worden. Niet om het perfect gekruide vlees te blussen, maar om onze smaakpapillen te zuiveren, zodat niets van de nuances in de whisky aan ons ontsnapt. De Banff is fris, fruitig en floraal, maar toch iets donkerder dan de 34 jarige versie.

 

 

 

 

Ondanks de klok me terugroept naar de realiteit, de tikklok op het werk is dat, wil men mij toch nog één fles laten proeven. Ik ben geen onmens, dus laat ik ze. Een éérste Glen Albyn voor mij! Eentje van SMWS nog wel, dus cask strength! Wat een bom! Wit vlees van limoen. Retsina, harsen en hout. Van deze verdwenen distilleerderij uit Inverness is een tipje van de sluier opgelicht en bijna was ik blijven zitten, maar de plicht roept!

 

 

 

 

Een van de parels aan de nieuwe Glenmorangie –kroon, de Astar, moet ik aan mij laten voorbijgaan. Zoals ook een Auchentoshan Three Wood en Dalmore Cigar Malt. Bij die laatste had de “meebrenger” zelfs sigaren van topkwaliteit meegebracht! “Klasse” nog iemand? 
Dan het volgende: omdat ik weg moest heeft men het laatste van een zéér oude Glenfarclas uit de SMWS stal bij mij thuis bezorgd!

 

Bedankt Wim en zeer zeker Martine! Het was een memorabele avond. Klasse!

 

 

TERUG